Dora en de burgeroorlog
Als in 1936 de Spaanse Burgeroorlog tussen republikeinen en fascisten uitbreekt, spreekt Picasso zich uit tegen Franco en wordt hij benoemd als de directeur van het Prado in Madrid. Vervolgens krijgt hij van de republikeinen de uitnodiging om een anti-Francowerk te maken voor de Wereldtentoonstelling. Het moet een enorm werk worden, dat is duidelijk. Het onderwerp vindt hij als de Baskische stad Guernica in april 1937 wordt platgebombardeerd. Door het onderwerp te personaliseren krijgt hij grip op de materie, en er zijn dan ook veel personen en thema's uit Picasso's leven in de Guernica terug te vinden. Dora Maar, zijn nieuwe minnares die hij in Parijs ontmoette, fotografeert de totstandkoming van het schilderij. Het schilderij maakt aanvankelijk weinig los, maar zal uiteindelijk uitgroeien tot een van de grootste antioorlogsiconen. Jeroen Krabbé reist in het spoor van Picasso naar Parijs, Mougins en Madrid.
Bron: AVROTROS