Morgen 08:30 - Seizoen 2020 Afl. 14 - Wessel ten Boom
Toen Wessel ten Boom hoorde dat hij ongeneeslijk ziek was, begon hij met het schrijven van rondzendbrieven om dierbaren op de hoogte te houden van zijn wedervaren en van zijn gedachten over leven en dood. De toon in deze brieven zou je zowel lichtvoetig als melancholiek kunnen noemen. Ook al is hij geen predikant meer, Ten Boom staat nog steeds graag op de kansel. Hij groeide op in een domineesgezin, maar pas in zijn studententijd heeft hij tijdens de kerstnachtdienst in de Laurenskerk in Rotterdam naar eigen zeggen God zélf horen spreken. Hij ziet het als een mystieke ervaring, een moment dat de wereld stil stond en hij zich geroepen wist door God: 'Wessel, ik heb je nodig'. Het voelde alsof zijn hart binnenstebuiten werd gekeerd, alsof hij herboren werd, en hij wist: 'vanaf nu hoor ik bij God'.
Bron: NCRV