De Tuindorpers
De Hokjesman bestudeert het leven in Tuindorp Oostzaan, een besloten gemeenschap in Amsterdam-Noord. Ooit was deze gemeenschap bedacht en gebouwd als het walhalla onder de grootstedelijke arbeiderswijken; 'vrucht van strijd en idealen door 'hart-en nieren-socialen', die mogelijk maakten wat niet mogelijk was'. Hier stonden geen krotten, maar menswaardige behuizing met een grote tuin in een geordend dorp, waarin de arbeider gelukkig kon leven. De Tuindorper at er, sliep er en verrichte er noeste arbeid in de scheepsbouw. Maar tijden veranderden; de scheepswerven gingen failliet. De arbeiders raakten meer op zichzelf aangewezen, er kwam armoede en de voorzieningen verdwenen uit de wijk. Langzaamaan werd het dorp opgeslokt door de grote stad. Toch is het er nog altijd ouderwets gezellig en kijkt men nog altijd naar elkaar om. Maar daar komen de indringers: de yuppen. Ze groeten niet en houden zich niet aan de ongeschreven regels.
Bron: VPRO