Dilemma
Een pastoor wordt dood aangetroffen in zijn parochiekerk. Op het eerste zicht blijkt dat de man een levende heilige was, die zich inzette voor zieken, ouderen en zwakken van zijn parochie. Een pastoor wordt dood aangetroffen in zijn parochiekerk. Op het eerste zicht blijkt dat de man een levende heilige was, die zich inzette voor zieken, ouderen en zwakken van zijn parochie. Had de man een duistere kant? Of ligt de reden van de moord bij de laatste biecht van een pas overleden oud-gangster, die de pastoor in vertrouwen had genomen?
Bron: TROS