Parel aan de Noordzee
Met de prachtige zomer en de aankomende veiling van de Pier in het achterhoofd kijkt Andere Tijden naar de ontwikkeling die de badplaats Scheveningen de laatste decennia doormaakte. Scheveningen was tot midden vorige eeuw een mondaine badplaats waar welgestelden uit heel Europa de zomer doorbrachten met een langdurig verblijf in luxe hotels zoals het Palace Hotel, het Kurhaus of het Grand Hotel. Maar in de jaren zestig kwam de omslag. Projectontwikkelaar Reinder Zwolsman had grootse plannen voor de badplaats, hij presenteerde Scheveningen als centrum van de wereld. Maar precies toen Zwolsman begin jaren zestig de Exploitatiemaatschappij Scheveningen opkocht waarin de Pier en de grote hotels waren verenigd, veranderde het gedrag van de vakantiegangers. De elite boekte niet langer twee maanden Scheveningen in de zomer maar vloog naar verre bestemmingen. De badplaats moest worden aangepast aan de dagtoerist, maar met de grond onder de hotels in erfpacht bij de gemeente, was het onzeker of Zwolsman zijn investeringen terug zou krijgen. Wat volgde was een patstelling tussen projectontwikkelaar en gemeente. Lange tijd gebeurde er niets, hotels stonden leeg en de badplaats verkrotte zienderogen. Paul van Vliet zag het met lede ogen aan. Hij herinnert zich nog de grandeur en laat Andere Tijden de bijzonderheid van de Kurzaal zien waar hij menig keer optrad en zich het betoverende geluid van het applaus herinnert. 'Met de verkoop van de Exploitatiemaatschappij aan Zwolsman begon de verloedering', aldus de cabaretier. Begin jaren '70 gaf Zwolsman het op en nam het bouwbedrijf dat ook Hoog Catharijne in Utrecht had gebouwd het stokje over. De oude hotels werden afgebroken, Scheveningen ging compleet op de schop. Ternauwernood overleefde het Kurhaus als enige hotel de modernisering. Net als de Pier staat nu ook het Kurhaus te koop. Als laatste teken van de grandeur van toen, in een badplaats die onherkenbaar veranderde.
Bron: NTR