Onderweg langs de Moldau komt de trein bijzondere gebouwen en nog een componist tegen. Het standbeeld van Antonin Dvorak is in zijn geboorteplaats Nelahozeves vlakbij het spoor te vinden. Als de rivier de Moldau overgaat in de Elbe wordt het landschap wat vlakker, maar gaat de trein op weg naar wat genoemd wordt `de poort van Bohemen¿, de heuvels die in de verte opdoemen. Het laatste deel van de reis voert naar Decin. Dit is de laatste halte voor de grens met Duitsland. De intercity gaat vandaar verder richting Dresden maar de kijker blijft achter in Decin, met in gedachten nog steeds de twee rivieren én de muziek van twee bijzondere componisten.
Bron: EO