De laatste maanden van Bibian Harmsen
Bibian Harmsen is een multitalent. Ze is muzikante, vormgeefster, schrijfster. Ze spreekt meer dan vier talen, ze kan heerlijk koken en ze is moeder van drie jonge kinderen. Vorig jaar krijgt ze als een donderslag bij heldere hemel een verpletterende mededeling. De vage buikpijn waar ze al een tijdje last van heeft blijkt veroorzaakt te woorden door een kwaadaardig gezwel. De diagnose is een doodvonnis: alvleesklierkanker. Een jaar, gaven de artsen haar. Nog hoogstens een jaar te leven. Het werden negen maanden. Kruispunt TV legde daarvan de laatste maanden vast. Nalatenschap Bibian en haar man Klaas ten Holt gaan, na de eerste schok, als gekken aan het werk. Ze maken samen een CD en Bibian gaat schrijven over wat haar overkomt. Aanvankelijk voor vrienden en bekenden, een blog op internet. Maar haar manier van schrijven blijkt veel meer mensen aan te spreken en voor ze het weet staan de uitgevers zich op haar stoep te verdringen en wordt ze benaderd door weekblad Margriet om een column te schrijven. Bibian gaat overal op in. Ze wil zoveel mogelijk opschrijven, als nalatenschap voor haar kinderen. Angst Bibian’s grootste angst is dat haar kinderen haar zullen vergeten. Daarom wil ze tastbare dingen voor hen achterlaten. Uiteenlopend van een oorbellenverzameling voor haar dochtertje tot een goed recept voor chocoladetaart. ’Ieder mens moet daar een goed recept voor hebben. Dat komt altijd van pas in het leven.’ Ze schrijft om de angst te bezweren. Haar boek heet dan ook: 'Paniekspinnen', als het spinnen dat katten doen als ze bang zijn. Bibian heeft de presentatie ervan niet meer kunnen meemaken. Ze stief op 25 juli, net 41 jaar oud. Rouw In Kruispunt vertelt Bibian over haar woede, haar verdriet en haar angst. Over afscheid nemen van haar kinderen en Klaas, over de ‘deken van liefde’ die ze achter wil laten. Na haar dood neemt haar man Klaas het schrijven van haar over. Onbedoeld en onafgesproken, ‘het liep gewoon zo’, zegt hij. In zijn internet-dagboek schrijft hij over het leven zonder Bibian, ‘in een huis dat nog natrilt van haar verpletterende aanwezigheid’. Hij schrijft over de moeite die het hem kost om te rouwen. En wat is rouw eigenlijk? Het is niet dat ik niet ‘wil’ rouwen, of dat ik er bang voor ben. Ik wil dolgraag rouwen. Kom maar op met die rouw. Ik wil er doorheen, ik wil het voelen. Ik wil het allemaal. Ik wil Bibian.
Bron: RKK